Posts

Posts uit mei 9, 2018 tonen

Jesu meine Freude BWV 1105 -Track 22

Afbeelding
In de periode rond 1701 vinden we in de recent (1985) ondekte Neumeister Sammlung nog twee koralen. Jesu meine Freude is een lied voor de kerstperiode, maar de 17 de eeuwse piëtistische tekst van Melchior Franck   spreekt meer van de relatie van de gelovige met Jezus, dan dat die verhalend is over de geboorte. Jesu, meine Freude, Meines Herzens Weide, Jesu, meine Zier, Ach wie lang, ach lange Ist dem Herzen bange Und verlangt nach dir! Gottes Lamm, mein Bräutigam, Außer dir soll mir auf Erden Nichts sonst Liebers werden. De melodie is van Johann Crüger uit 1653, gepubliceerd in diens beroemde Praxis pietatis melica : Echter, ten tijde van Bach was de melodie enigszins aangepast: Bachs bewerking is van deze periode wel een van de meest interessante en meest expressieve. Feitelijk zien we hier weer het model ‘minipartita’ waarbij Bach bijna per regel de textuur verandert, hoewel in dit geval de maatsoort gedurende de bewerking ongewijzigd

Was Gott tut, das ist wohlgetan, BWV 1116 - Track 21

Afbeelding
Was Gott tut, das ist wohlgetan! Es bleibt gerecht sein Wille; Wie er fängt meine Sachen an, Will ich ihm halten stille. Er ist mein Gott, der in der Not Mich wohl weiß zu erhalten, Drum laß' ich ihn nur walten. Een koraal uit de rubriek ‘vertrouwen’: een nog steeds bekende en geliefde melodie, met een wat onduidelijke ontstaansgeschiedenis inzoverre dat verschillende componisten eraan gewerkt hebben. De tekst is van Samuel Rodigast uit 1675; enigszins verwarrend is dat er een andere melodie bestaat die al in 1650 wordt gevonden bij Samuel Scheidt, met eveneens de titel “Was Gott tut, das ist wohlgetan”.   De melodie werd veelvuldig bewerkt, o.a. door Johann Pachelbel, die een verzameling variaties uitgaf over de koralen Christus der ist mein Leben, Herzlich tut mich verlangen, Alle Menschen müssen sterben en deze melodie; Pachelbel noemde de verzameling ‘Musicalische Sterbensgedancken’ (gedachten over het sterven); zo strikt gescheiden waren de rubrie